verbeter de stad

Transitie programmeren; het moet vanaf NU anders!

6 april 2023, doorBouke de Jong

Blogs
Europa wil in 2050 klimaatneutraal zijn. Klimaatneutraal wil zeggen dat er geen effect is op het klimaat. Hiervoor heeft Nederland een nieuw energiesysteem nodig: van opwek, gebruik, transport tot en met opslag van energie.

Heerlijk zo’n duidelijke ambitie en resultaatsafspraak. Over 27 jaar is het zover, ruim de tijd zou je zeggen. Toch niet! Want ons toekomstige energiesysteem moet ruimtelijk ingepast worden. De energie- en klimaattransitie heeft grote invloed op álle aspecten van de leefomgeving.

Dat betekent dat we niet alleen een energietransitie hebben de komende 27 jaar, maar ook een ruimtelijke transitie! En dan heb ik het nog niet eens over de andere transities die hier ook mee in verbinding staan, zoals de grondstoffen- en circulaire transitie.

Wat is transitie programmeren?

Stedelijk of integraal programmeren doen we nu vanuit de huidige ambities, de huidige kansen en knelpunten en de bekende programmeringen vanuit de betrokken stakeholders. Hiermee zijn we in staat om een korte (1-2 jaar), middellange (2-5 jaar) en een langere doorkijk (ca. 10 jaar) te maken.
Dat is niet genoeg!

Dan missen we de belangrijkste resultaatsverplichting. Namelijk dat we over 27 jaar een nieuw energiesysteem moeten hebben en dus dat we in 2050 klimaatneutraal zijn! En de impact van deze
doelstellingen op de leefomgeving is zo groot dat we wel vanuit dat resultaat terug moeten gaan programmeren. Transitie programmeren is achteruit programmeren vanuit het beoogde resultaat, de transitie.

Wat zegt de nationale omgevingsvisie?
De Nationale Omgevingsvisie (NOVI) | De Nationale Omgevingsvisie heeft een aantal afwegingsprincipes die wat zeggen over deze transitie, namelijk:
(1) Meervoudig ruimtegebruik heeft twee effecten. Ten eerste blijft de ruimtevraag van de energie-opgave en andere effecten op de leefomgeving zo beperkt mogelijk. Ten tweede kunnen zo meerdere doelen in één ingreep worden gerealiseerd wat de haalbaarheid en betaalbaarheid van het beleid op verschillende opgaven tezamen vergroot. De energie-opgave wordt daarmee ook een ruimtelijke opgave. Dit is wenselijk omdat een gebied slechts eens in de zoveel decennia ‘op de schop’ gaat.
(2) Het centraal stellen van kenmerken en identiteit van een gebied biedt kansen en stelt beperkingen voor specifieke vormen van energie, bijvoorbeeld warmtenetten in stedelijk gebied of windenergie in grootschalige open landschappen. Door rekening te houden met gebiedskenmerken bij ruimtelijke ingrepen voor de energietransitie wordt de omgevingskwaliteit versterkt en blijven de negatieve ruimtelijke effecten zo beperkt mogelijk.
Er is dus maar één kans…
De openbare ruimte gaat eens in de ca. 25 jaar op de schop, er is dus maar één kans de komende 27 jaar om het goed te doen. Wanneer die ene kans niet wordt aangegrepen dan gaat de transitie niet lukken. Niet alleen omdat het dan veel meer geld gaat kosten om die ene plek opnieuw op te pakken, maar ook omdat de capaciteit er niet is, we onvoldoende grondstoffen hebben en we het niet kunnen maken naar de gebruikers om nogmaals de straat open te gooien.
En op het moment van ingrijpen, tijdens die ene kans de komende 27 jaar, moeten al de opgaven meegenomen worden. Dat betekent dat we deze resultaten goed in beeld moeten hebben op het moment van programmeren. Zie ook mijn blog over de 3 gouden regels van integrale wijkaanpak:
Wat is het te behalen resultaat?
2050 klimaatneutraal, een nieuw energiesysteem, energietransitie….allemaal grote woorden met weinig duiding van hoe dat er dan uitziet. Want om resultaatgericht te kunnen gaan programmeren moeten we deze resultaten wel scherp hebben.
De ministeries van Energie en Klimaat en Economische Zaken werken aan het Nationaal Plan Energiesysteem 2050, zie ook Energiesysteem 2050 (rvo.nl) dat eind 2023 gepubliceerd wordt. Dit Nationaal Plan energiesysteem zal een centrale rol vervullen bij het voeren van de regie in de transitie. Het behalen van de klimaatdoelen is daarbij het uitgangspunt. Daarnaast zet het kabinet in op een rechtvaardige afweging van de publieke belangen die bij deze transitie spelen: leveringszekerheid, betaalbaarheid, veiligheid, leefomgevingskwaliteit, maatschappelijke betrokkenheid en duurzaamheid.
Daarnaast speelt ook de Wet collectieve warmtevoorziening (zie ook: Kamerbrief besluit infrastructuur collectieve warmtevoorziening in publieke handen | Kamerstuk | Rijksoverheid.nl) een belangrijke rol, waarmee de warmte-infrastructuur in publieke handen gaat komen. Hierdoor ligt de bouw van nieuwe stadswarmtenetten op dit moment grotendeels stil. Energiebedrijven twijfelen of het nog wel rendabel is om warmtenetten, ook wel stadsverwarming genoemd, te bouwen. De nieuwe warmtewet legt de zeggenschap grotendeels bij gemeenten.
Start met het jaarlijkse programmeerproces
Het te behalen resultaat is helder, echter zijn er nog onduidelijkheden over de duiding, over wie gaat wat trekken en hoe dan we dat dan met al de stakeholders in de leefomgeving op een goede manier samen.
Dan heb je nu 2 keuzes…
  1. Wachten op meer duidelijkheid, richting en druk vanuit de overheid of…
  2. Beginnen met het optimaliseren van je eigen programmeerproces zodat je klaarstaat voor de
    volgende grote stap in het programmeren van de leefomgeving….Transitie
    programmeren
    .
Wat is jullie keuze?
Geïnteresseerd in hoe je programmeerproces te optimaliseren en klaar te stomen voor het resultaatgericht programmeren? Zie Programmeer de stad – verbeter de stad voor meer informatie!
Tags:

Blogs

Gerelateerde berichten